Corinne werd op 15 juni 1936 geboren in Vinkenstraat Moederhuis in Antwerpen als Corneel. Zijn vader was Philippe Van Tongerloo geboren in 1897 in Wilmarsdonk, dokwerker en nadien duiker om schepen te repareren. Zijn moeder was Louise Paget geboren eveneens in 1897 in Saint Paul sur Ternoise (Frankrijk).
Toen de vader van Corneel in Rijsel werkte leerde hij op een bal Louise kennen in Saint Paul sur Ternoise.
Corneel werd als zesde kind geboren.
Vader las de Volksgazet en moeder Le Matin, Corneel werd tweetalig opgevoed.
Zijn zusters waren Marie-Louise die huwde met John Goossens, Bertha die huwde met Jan Key, Celine die huwde met Henri Van Oost en Irène die huwde met René Balcaen. Corneel had twee broers namelijk Jozef die op zijn 20ste verdronk in Schoten Vaart, Corneel was toen 14 jaar en zijn jongste broer is Robert die gehuwd is met Jeannine. De twee oudste zussen werden geboren in Saint Paul sur Ternoise.
Deze foto dateert uit 1937, we zien Corneel op de arm van zijn zuster zitten.
Corneel woonde als kind in de Falconrui te Antwerpen vlakbij Falconplein en ging naar de gemengde gemeenteschool nr 4 in de Keistraat te Antwerpen tot in 1950.
Op deze klasfoto is Corneel vlnr het vijfde jongetje op de eerste rij
Corneel met zijn twee broertjes tijdens de oorlogsjaren
Cornelis (uiterst rechts) met broertje Robert en zuster Irene in 1940
Cornelis wonende Falconrui 31 in Antwerpen in 1942 met zusjes en broer
Foto uit 1946 in Stabroek, Cornelis staat op de achterste rij uiterst links
Corneel op stap met zijn broer Robert
Op de foto Corneel met zijn zus Marie-Louise in 1950
Na zijn studies begon Corneel beginnen aan zijn beroepsloopbaan. Zijn eerste job was als liftbediende bij Hotel Exelsior in de Pelikaanstraat te Antwerpen.
Zijn tweede job was bij de electriciteitsfirma Brandt in de Lange Koepoortstraat in Antwerpen
Ondertussen ging hij naar de balletschool bij Jacques Van Luyt en Simonne Caesen . Van Luyt was zelf sterdanser in de Antwerpse Opera. In deze balletschool was Jacqueline Verhaert een bekende danseres.
In 1953 wordt Corneel opgeroepen voor zijn legerdienst in Lüdenscheid in Duitsland. Hij heeft schrik van het leger, maar uiteindelijk valt het allemaal heel goed mee.
De eerste vriend van Corinne was de kunstschilder Michel Bracke die haar ook portretteerde in 1955.